Rob Timmerman (42) had het allemaal; een goede baan, mooi huis en fijn gezin. Nadat hij vijf jaar geleden in een burn-out belandde, gooide hij het roer volledig om, vertelt hij in De Nieuwe Morgen: “Wat we op het journaal zagen over vluchtelingen kon ik niet meer uitleggen aan mijn kinderen. Dat was het moment dat ik besloot om wat te gaan doen.”

Naasten

Eens in de vijf weken vertrekt hij naar vluchtelingenkampen in het buitenland om mensen te helpen. Dat varieert van het verbinden van kapotgelopen voeten en het uitdelen van eten tot het uit zee halen van vluchtelingen.

“De verhalen van ver weg krijgen zo een gezicht. Maar het zijn niet allemaal lieve en aardige mensen. Toch roep Jezus ons op om om te kijken naar onze naasten. Daarom moet je dit ook niet alleen doen uit medelijden.”

Hoop

Rob is net terug uit een vluchtelingenkamp in Frankrijk waar mensen zitten die nergens anders meer terecht kunnen. Mensen zonder hoop… “Ik dacht dat ik alles gezien had. Maar mensen zonder hoop… Dat ziet er lelijk uit. Donker. En toch… Toch is er middenin die ellende altijd weer iets te zien van medemenselijkheid.”

In de jaren dat hij nu vluchtelingen helpt, ervaart Rob dat hij in zijn geloof reëler en meer volwassen is geworden. “We voeren een keer de zee op om vluchtelingen op te pikken maar omdat de boot niet zo snel kan, waren we een paar uur te laat. Dan vaar je opeens op een kerkhof met 120 lijken. Dat, én weten dat God deze aarde in Zijn hand heeft en hoop biedt.”

Meer informatie kun je vinden op www.robtimmerman.nl

Het hele gesprek met Rob Timmerman kun je hier terugluisteren: