Jan Heijnen over kleine stappen naar een groot geloof

Een nieuwe manier van Bijbelstudie

Voor veel christenen zal het herkenbaar zijn: stille tijd houden is mooi, maar niet altijd makkelijk vol te houden. Jan begrijpt dat en zoekt daarom ook naar andere vormen van tijd doorbrengen met Gods woord. “Niet iedereen lukt het om elke ochtend stille tijd te houden. Dus dan moet je op zoek naar andere manieren om het verhaal van de Bijbel over te brengen.”

In zijn boek, dat geschreven is als roman, plaatst hij de lezer midden in het verhaal. “Bijbelverhalen gaan altijd over mensen. En de Bijbel geeft daar vaak weinig commentaar bij. Dat is bewust: de Bijbel preekt niet, maar nodigt uit tot interpretatie. Een van de krachtigste manieren om dat te doen is door je te verplaatsen in de persoon in het verhaal.” Door die aanpak krijg je als lezer de ruimte om zelf na te denken en verschillende perspectieven te leren kennen.

Een verhaal in brieven

In PS: Heb een beetje geloof volgen we Leon, een geschiedenisleraar die in zijn jeugd door zijn vader werd verlaten. “Die vader vluchtte naar Egypte en liet na zijn overlijden een reeks brieven achter voor zijn zoon. Hoewel hij atheïstisch was, ondertekende hij elke brief met de zin: ‘PS: Heb een beetje geloof.’ In die brieven zet hij een zoektocht uit door Egypte, waarin hij uitlegt hoe hij tot geloof is gekomen. Zijn hoop is dat zijn zoon hem daarin zal volgen.”

Die ene zin uit de brieven raakte ook Jan zelf. “Voor mij betekent het dat je, wat er ook gebeurt, soms gewoon een beetje geloof nodig hebt. Niet eens heel veel. Maar een beetje geloof dat het goed komt en dat God het beste met je voor heeft.”

Een klein geloof

Die simpele manier van geloven spreekt Jan ook zelf aan. “Ik zie mezelf niet als een supergelovige. Ik heb ook duistere periodes gekend, geworsteld met depressie. En toen kwam ik een citaat tegen van Charles Spurgeon, een predikant die zelf ook veel met depressie worstelde. Hij zei: ‘Een beetje geloof is ook geloof. Een zwak geloof is ook geloof.’ En dat is genoeg om gered te worden. Dat bemoedigt mij enorm.”

De Bijbel in vier dimensies

Naast zijn roman ontwikkelde Jan ook een methode die hij de “4D-methode” noemt. Daarmee wil hij mensen helpen om de Bijbel met nieuwe ogen te lezen. “Ik noem het de Bijbel in vier dimensies. De eerste is de historische laag – daar hebben we vanochtend al veel over gehad. Je zoekt naar bewijzen voor het geloof, naar de historische context van het verhaal.”

Daarnaast is er de literaire laag, die volgens hem vaak onderschat wordt. “Hoe vertelt de Bijbel haar verhalen? Hoe worden dingen aan elkaar gekoppeld? Bijvoorbeeld: de Nijl verandert in bloed. Waarom? Omdat de Egyptenaren eerst jongetjes in de Nijl verdronken. Later wordt het Egyptische leger verdronken in een andere rivier. En Jezus verandert water niet in bloed, maar in wijn. Je ziet dus een patroon rondom water en oordeel.”

Tienduizenden verbindingen

Voor Jan is die gelaagdheid een bewijs van de kracht van de Bijbel. “Neem de tien plagen: die zijn een vorm van oordeel, maar wijzen vooral vooruit naar het finale oordeel: de verdrinking van de Egyptische soldaten in de Rietzee. De Bijbel zegt over de vliegen: ‘Er bleef geen van over.’ En over de soldaten: ‘Er bleef geen één van over.’”

Dat patroon herkent hij in het hele boek. “Ik heb thuis een grote poster met allemaal boogjes die meer dan 60.000 verwijzingen binnen de Bijbel laten zien. De Bijbel verwijst meer dan 60.000 keer naar zichzelf. Geen enkel ander boek uit de oudheid doet dat.”

Wil je meer horen over wat Jan ontdekte? Luister dan de hele uitzending hieronder terug!