
Arenda Bus over God ontmoeten in onze pijn: ‘God wil ons niet aankijken zonder onze tranen te zien’
3 juni 2025Vurig verlangen, het thema van Opwekking dit jaar, is voor veel christenen herkenbaar. Wat kunnen we ons aangevuurd voelen na een ontmoeting met God. Maar wat als je je gebroken voelt? Wat als je rouwt, lijdt of je eenzaam voelt? Tijdens de conferentie stond psychosociaal therapeut Arenda Bus stil bij die vraag in haar seminar 'Vurig verlangen in lijden en eenzame periodes'. Eunice sprak haar na afloop van het seminar.
Niet wegkijken van pijn
Volgens Arenda kun je niet praten over een ontmoeting met God zonder ook je pijn onder ogen te zien. “We willen graag naar God kijken, maar dan zonder onze tranen,” zegt ze. “Toch wil God ons niet aankijken zonder ook onze pijn te zien.”
In haar werk ziet ze het vaak: mensen die zich alleen maar welkom voelen in de kerk als ze blij zijn. “We roepen ‘halleluja!’, maar mensen haken af omdat ze zich daar niet in herkennen. En ik denk: dat klopt ook niet. Het leven bestaat uit tranen, want het is hier gebroken.”
God ontmoeten in onze tranen
Arenda ziet dat ook terug in de samenleving. “We willen alles verzekeren, we praten er liever niet over, en we weten vaak niet wat we moeten zeggen.” Maar volgens haar hoort lijden bij het leven, juist omdat de wereld gebroken is. “Ik geloof dat we God niet kunnen aankijken zonder dat Hij ook onze tranen ziet. Sterker nog: God wíl ons niet aankijken zonder onze tranen te zien.”
Het vurig verlangen waar Arenda over spreekt, werkt twee kanten op. “Het is ons verlangen, al kan dat verlangen soms doodgebloed zijn,” zegt ze eerlijk. Door teleurstellingen of onbeantwoorde gebeden kan dat verlangen verdwijnen. Maar diep van binnen blijft er iets in ons dat gezien wil worden, ook juist in ons lijden.
Geen wonderenfabriek
Tegelijkertijd verlangt ook God naar ons. “Wij vertalen dat verlangen van God vaak als: Hij wil genezen. En ja, dat wil Hij ook. Maar allereerst wil Hij ons ontmoeten. Dat kan juist in ons verdriet, vertelt ze. “Dit is de tijd waarin we God onder tranen kunnen aanbidden. En er komt een tijd dat de tranen voorbij zijn, maar nu mogen we Hem aanbidden in ons lijden. Daar vindt echte ontmoeting plaats: kennen en gekend worden.”
De vraag is dan: kunnen we nog verlangen naar God als we Hem niet ‘zien handelen’? Arenda is daar duidelijk over: het draait om wie Hij is, niet om wat Hij doet. “Het gaat God het niet om de daad zelf, maar om wat er in ons hart gebeurt. Hij is uit op onze genezing, maar nog meer op ons hart.”
Lijden maakt ons eenzaam
Lijden heeft ook een andere kant: het isoleert. “Wat lijden vaak met ons doet, is dat het ons apart zet,” zegt Arenda. “Het maakt dat je je anders voelt, eenzaam.” Veel mensen denken dat ze de enige zijn die iets zwaars meemaakt. “En als ze er dan achter komen dat ze niet de enige zijn, gaat er een wereld voor hen open.”
Volgens haar heeft dat ook te maken met hoe we omgaan met ons lijden. We stoppen het liever weg, doen alsof het er niet is. “We willen het liever niet erkennen, maar het leven bestaat ook uit tranen.”
Gewoon naast iemand zitten
Wat kunnen we dan doen? Volgens Arenda begint het bij elkaar. “We zijn als gemeente aan elkaar gegeven. Het is niet goed dat de mens alleen is.” Toch denken we vaak: ik moet zelf naar een ander toe stappen als ik iets nodig heb. “Maar de andere kant is dat wij ook mogen leren opletten: wie om mij heen heeft iets nodig?”
En dat hoeft niet groots te zijn. Alleen al er zijn, zonder antwoorden of oplossingen, kan het verschil maken. “Soms is er gewoon geen antwoord. Geen verklaring. Maar er is wél nabijheid. En dat kan iedereen bieden.” Arenda noemt dat ‘present zijn’. “Gewoon als mens naast een ander mens zitten.” Ook als hulpverlener probeert ze dat te blijven doen: “Heel vaak gaat het erom dat ik er gewoon naast durf te blijven zitten. Ook als ik het niet weet. En juist daarin zit nabijheid.”
Een Herder in het dal
Zelf heeft Arenda ook diepe dalen gekend. Ze vertelt hoe ze in een periode zat waarin er niets leek te veranderen. “Ik had mijn knieën blauw gebeden. Toen zei ik: ‘Oké Heer, dan wil ik U leren kennen. Dwars door dit alles heen.’”
Juist in die donkere periode heeft ze God opnieuw leren kennen. “Zoals David in de Psalmen schrijft: ‘De Heer is mijn herder, ook in het dal van diepe duisternis.’ Het dal wordt niet weggenomen, maar Hij leidt erdoorheen.”
God begon haar dingen te leren. “Hij leerde me over verbonden. Wat is Zijn wil? Wat is mijn deel?” Het veranderde haar hele beeld van wie God is. “Mijn situatie is niet volledig veranderd. Er is nog veel niet opgelost. Toch heb ik gezien dat God groter is, en tegelijk zo dichtbij en liefdevol. Hij ziet mij!”
Verwachting zonder garanties
Voor Arenda blijft het mysterie van genezing bestaan. “Soms geneest God direct. Soms via een proces. En soms lijkt het niet te gebeuren. Gebed blijft een mysterie.” Maar dat betekent niet dat we geen verwachting mogen hebben. “God zegt: ‘Ik wil nu al delen geven van wat Ik uiteindelijk volledig zal geven.’”
Volgens haar moeten we misschien opnieuw gaan nadenken over wat ‘de uitkomst’ eigenlijk is. “Ontmoeting met God brengt genezing, ook als het anders gaat dan ik had gehoopt.” Ze besluit: “Dus ja, we mogen blijven uitzien naar wat God wil doen. Maar laten we ook niet vergeten: Hij is erbij. Altijd.”
Het hele gesprek kun je in de Brandstof Podcast terugluisteren! Je hoort ook reacties van bezoekers die bij het seminar waren.